Содержание
In deze taak leer je hoe je vaststelt dat iemand vaardig genoeg is om door te stromen naar een volgende groep of voor het diploma op kan. Je toetst de vaardigheden van de zwemmer een voor een af. Jij zorgt dat de materialen er zijn en dat de taken die jij krijgt opgedragen, goed worden uitgevoerd. Je bent in staat deelnemers gerust te stellen en aanwijzingen te geven. Je weet wat er wordt getest, hoe er wordt getest en welke zaken in welke volgorde worden getest. Er is met jouw afgesproken hoe je dat beoordeelt en je bent in staat om kinderen te beoordelen. Als het goed is, heb je de zwemmer ook volgens de gehanteerde normen opgeleid voor een vaardigheid opgeleid. Recent heeft de NRZ er nog eens op gewezen dat de exameneisen meer vrijheid toelaten in de uitvoering van onderdelen en verrichtingen dan veel aanbieders standaard hanteren. Dus spreek vooraf goed af wat je wil zien en wanneer het voldoende is of niet. Wat je gaat toetsen, moet dus voor kinderen geen verrassing zijn met onbekende handeling. Je kent de kledingafspraken en jouw kinderen ook en je controleert of kinderen alles bij zich hebben. Je zorg dat de fysieke en sociale veiligheid worden bewaakt. Je begeleidt de sporters en benadert sporters positief zodat ze zelfvertrouwen krijgen.
De deelnemers doen als het ware een proefexamen, waarin je nog aanwijzingen kunt geven en kleine tekortkomingen kan aanpassen, omdat het examen pas over enkele weken is. Je bespreekt de toets vooraf met je kinderen, zodat de kinderen weten wat er gaat komen. Tijdens dit proefexamen en met het examen.
Je zorgt dat de toets ordelijk verloopt volgens de spelregels. Wat niet goed gaat en wat een kind al goed genoeg doet, leg je vast op een afvinklijst, zodat je daarmee later de discussie kan voeren of iemand op kan. In de regel gaat iemand op als het jouw verwachting is dat het kind het diploma gaat halen. Recent heeft de NRZ er nog eens op gewezen dat de exameneisen meer vrijheid toelaten in de uitvoering van onderdelen en verrichtingen dan veel aanbieders standaard hanteren. Dus spreek vooraf goed af wat je wil zien en wanneer het voldoende is of niet.
In Flowsparks is dit onderdeel 2.2 'Begeleiden bij vaardigheidstoetsen'. In Flowsparks staat 1 opdracht voor deze taak (2.2.1). De opdracht bestaat uit vragen over voorbereiding, logistiek, kleding, hygiëne, sociale veiligheid, aanwezigheidsregistratie, voorbespreking, aanwijzingen en reacties, begeleiden tijdens de toets, beoordeling en nabespreking en afronding naar de deelnemers. Daarna volgen reflectie en feedback. Als je al deze onderdelen hebt ingevuld en waar je wil aanvullende informatie hebt toegevoegd, kan dit onderdeel worden afgesloten en beoordeeld door de opleider. Je krijgt weer een groen bolletje voltooid als alles is goed bevonden.